De Zouaven van de Paus, een vergeten geschiedenis.

TEKST groter lettertype kleiner lettertype

woensdag 27 februari 2013 om 17:57 uur.    |    Terug naar Proza
Dit werk werd reeds 2016 maal bekeken.


Deze column verscheen in Mededelingen op 28.2.2013

Bladerend in een oud familiealbum kwam ik een pauselijke zouaaf tegen: Jan Baptist Rubens, de oudste broer van mijn overgrootvader, afkomstig uit Chaam in Noord-Brabant (NL).

Ook in de 19e eeuw ratelden van op de kansel de preken voor de verdediging van het geloof, in dit geval de wereldlijke stoel van Petrus. Vorige eeuw was het dan weer “Moskou of Rome”, vandaag de “ Jihad” waarvoor jeugdig idealisme wordt gebruikt.

In Nederland was Oudenbosch het verzamelpunt vanwaar de rekruten over Brussel naar Marseille vertrokken. Hier scheepten ze in voor Rome. Daar aangekomen kregen ze hun uniform die geïnspireerd was op deze van de stam der Kabylen en het is graaf Becdelièvre, de eerste commandant die met deze Zouaves, een Franse legereenheid in Algerije had kennis gemaakt. Wegens te Muzelmaans werd de traditionele fez vervangen door een soort kepie. Zij droegen verder een blauw-grijze pofbroek, een lange rode buikband en een boleroachtig jasje. 

In 1861 werd het Koninkrijk Italië uitgeroepen met Victor Emmanuel II als koning. Het bestond uit het huidige Italië minus Venetië onder Oostenrijks bewind en de Kerkelijke Staat van 60 bij 120km rond Rome. Deze werd rampzalig bestuurd met als gevolg dat een aanzienlijk deel van de inwoners de eenwording van Italië zeer genegen was.

Ter bescherming van het Patrimonium Petri waren er verschillende buitenlandse initiatieven. Zo kennen we de St.Pieterspenning die vandaag nog bestaat. Daarnaast was er in België een comité voor de werving van vrijwilligers. Deze vormden samen met die uit Frankrijk vanaf 1860 de eenheid van de Tirailleurs Franco-Belges  onder het bevel van de hogergenoemde graaf Becdelièvre. Dit bataljon vormde het embryo van het latere Zouavenleger in 1861.

Het is opmerkelijk dat deze Zuavi Pontici (+-11.000 man) die tegen Garibaldi en de troepen van koning Victor Emmanuel werden ingezet, naast 2950 Fransen, 1650 Belgen, 750 Italianen, 500 Canadezen en enkele andere nationaliteiten voor meer dan 1/3 uit Nederlanders bestond.

Het voor 88% Katholieke Zuid Nederland was een dankbaar rekruteringsgebied voor deze oorlogsvrijwilligers. Sinds de Reformatie was in Nederland officieel alleen het protestantste geloof toegestaan. Pas in 1853 werd de hiërarchie van de kerk hersteld  De pogingen van1827 en 1841 waren omwille van het heftig protest en verzet van protestantste zijde op niets uitgelopen. Tot dan werd Nederland officieel als missiegebied beschouwd en stond deze onder leiding van een internunutius. Het is in deze sfeer dat de katholieke gemeenschap een sterk besloten, verbeten en ook militant karakter kreeg. Als belijdend katholiek kon men zelfs tot 1918 niet in overheidsdienst treden. Nederland is overigens het enige land dat geen enkele officiële vertegenwoordiger had bij de uitvaart van Paus Johannes Paulus II in 2005. Alleen al vanuit diplomatieke wellevendheid was dit een botte flater.

Het belangrijkste wapenfeit is de slag bij Mentana in 1867. Garibaldi wist 15000 man bij elkaar te brengen. Ondanks zijn numeriek overwicht werd hij door de pauselijke troepen verslagen. Meer dan eens en ook nu weer had hij zich vergist in de bezieling en de ijzersterke motivatie van de zouaven. Zijn rol in de verdere eenmaking van Italië was hierna definitief uitgespeeld.

In 1870 werd Napoleon III door de Pruisische koning Wilhelm I bij Sedan verslagen. Voor de paus viel hierdoor de Franse steun weg. Victor Emmanuel greep deze kans om met een grote overmacht op te rukken naar Rome. De hefstigste weerstand kwam opnieuw van de zouaven. Om verder bloedvergieten te vermijden gaf Pius IX zich over.  Zij moesten hun wapens inleveren en onmiddellijk Rome verlaten. In Genua scheepten ze in. Sneller dan verwacht kwam zo een einde aan deze keurtroepen van de paus. Deze beschouwde zich voortaan als de gevangene van het Vaticaan. Het zal tot het verdrag van Lateranen in 1929 met Mussolini duren voor de pauselijke wereldlijke macht werd geregeld. Het werd de Citta del Vaticano, een reststaatje, 44 hectare groot.


Velen van deze Nederlandse zouaven wachten bij hun thuiskomst de spreekwoordelijke koude douche. Vermits ze geen toelating hadden gevraagd om in den vreemde te gaan vechten verloren ze hun burgerrecht en werden staatlozen. Slechts een kleine 200 van de ongeveer 4000 vrijwilligers hebben hun nationaliteit behouden.

Jan-Baptist Rubens stierf aan tyfus in 1865. Hij overleed op vierentwintig jarige leeftijd als zouaaf voor zijn Pio Nono te Rome. Aan deze Pius IX danken we niet alleen het dogma van de Pauselijke Onfeilbaarheid maar eveneens de Onbevlekte Ontvangenis van Maria. Dat dit laatste dogma de maagdelijkheid van Maria betreft  blijft een hardnekkig misvatting. De onbevlektheid betekent simpelweg dat zij zonder erfzonde is geboren.

Van deze over grootoom bewaar ik zijn inschrijvingsformulier, zijn doodsprentje en de brief van zijn aalmoezenier aan zijn ouders. Deze schreef dat Jan Baptist als "een Godsvruchtige, Christelijke mensch" was gestorven. Een kopie van zijn foto bezorgde ik aan het bescheiden doch goed gedocumenteerd Zouavenmuseum in Oudenbosch( NL) waar een replica van de Sint Pieters basiliek werd gebouwd. (1)

Frank De Vos

(1) http://www.zouavenmuseum.nl/.

 




Vorige werk: Van ketters naar anders denkenden Terug naar overzicht In de armen van Clio Volgende werk: Twee teelballen voor drie octaven.